We hebben het allemaal vast weleens gedaan: kleding gekocht voor een tientje en na een half jaar in de textielbak gegooid. Dan heeft een kind in een ver land er nog wat aan. Toch? Helaas niet altijd.
Fast fashion uit de textielbak belandt vaak alsnog op een vuilnisbelt.
Wat je moet weten over Shein, de spotgoedkope kledinggigant die wordt beschuldigd van uitbuiting
Die vale broek die sneller vaal werd dan je wilde, die afgetrapte schoenen voor drie tientjes en dat truitje dat je eigenlijk pas een halfjaar hebt maar dat al helemaal uitgelubberd is. Hup in een plastic zak, dichtknopen en in de textielbak bij de plaatselijke supermarkt. De beste kleding uit de zak gaat naar Oost-Europa en wat er dan nog overblijft gaat naar Afrikaanse landen zoals Ghana.
Elke week komen er zo’n 20 miljoen afgedankte kledingstukken Ghana binnen. Handelaars kopen de kleding op en die gaat dan vervolgens naar een lokale markt, waar verkopers de kleding alsnog proberen te slijten. Maar er komt zoveel kleding naar Ghana, en van zo’n slechte kwaliteit, dat het ook daar niet meer verkoopbaar is. Het belandt op een alsmaar groeiende vuilnisbelt.
“Een deel van de kleding die we nu kopen is steeds minder geschikt voor een tweede leven,” legt Marieke Eyskoot uit, expert op het gebied van duurzame lifestyle. Dat komt doordat de kwaliteit van de kleding steeds slechter wordt. Dat goedkope truitje, dat na een halfjaar al is uitgelubberd, is nou niet echt van de beste kwaliteit – en daar zit de booming ‘fast fashion-industrie’ achter. Dat is spotgoedkope kleding van slechte kwaliteit dat daardoor al snel is afgedankt.
Een groot deel van de 100 miljard kledingstukken die per jaar wordt geproduceerd, is fast fashion. Het vereist dus niet veel fantasie om je voor te stellen hoeveel kleding er jaarlijks in de textielbak belandt en vervolgens op de alsmaar groeiende afvalhoop in Ghana. “Kleding in de textielbak gooien is een goede zaak. Spullen een tweede leven geven is altijd een goed idee, maar met fast fashion is dat haast niet meer mogelijk”, zegt Eyskoot.
Retourpakketten zorgen voor veel verspilling: 5 x tips hoe je wél duurzaam shopt
Hoe kunnen we deze enorm vervuilende en alsmaar groeiende afvalberg dan tegengaan? “Het is heel simpel, we moeten minder kopen. Onze koopjeshonger zorgt ervoor dat fast fashion geproduceerd blijft worden,” zegt Eyskoot. Met andere woorden: kledingproducenten verdienen genoeg geld met deze kleding om er voorlopig nog niet mee te stoppen. “Consumenten hebben veel meer macht dan ze denken. Steeds als jij iets koopt, zeg je eigenlijk tegen het merk of de winkel: ik vind het geweldig wat je doet, hier is mijn geld om ermee door te gaan. Als wij geen fast fashion meer kopen, is er geen markt of business case meer voor.”
Meer duurzame kleding kopen is dus dé oplossing. Als je deze in de textielbak doet, dan kan het nog wél een tweede leven krijgen. En loop ook eens een kringloop binnen. Veel kringloopwinkels verkopen tweedehandskleding die er nog prima bijhangt. Vaak is het ook nog eens een stuk goedkoper en na een wasbeurt ruikt het als nieuw.
