Vorige keer had de Zuid-Afrikaan toch nog een verrassing geregeld in Kenia.
‘Twee bh’s voor een euro, wie maakt ze los?’ roept Tina voor de gein, terwijl we vuilniszakken om staan te keren.
Vorige keer had de Zuid-Afrikaan toch nog een verrassing geregeld in Kenia.
‘Twee bh’s voor een euro, wie maakt ze los?’ roept Tina voor de gein, terwijl we vuilniszakken om staan te keren.
We zijn vanochtend in alle vroegte vertrokken naar de vlooienmarkt in de IJhallen. Mijn auto puilde haast uit elkaar. Het open dakje stond half open en er stak een grote kledingzak uit. Die heb ik voor de zekerheid op het kleine stukje snelweg met één hand vastgehouden, terwijl ik met de andere stuurde.
Mijn vriendin Tina kon geen kant op. De vuilniszakken met troep op de achterbank drukten haar stoel naar voren. Ze had een shopper vol kledingknaapjes op schoot, waar ze net bovenuit kon kijken. Onder haar voeten lag losse kleding, die ik er onder het motto als ik iets wil, dan lukt het eigenhandig bij heb staan stouwen, omdat ik de zak in zijn geheel nergens meer kwijt kon. De enige spiegel die ik had om in te kijken, was de linker. Het was echt een gevalletje gevaar voor eigen leven en hopen dat we geen politie tegenkomen. Maar na een uur in de file te hebben gestaan met andere vroege standhouders, zijn we er eindelijk.
We hebben nog geen indeling voor onze stal kunnen maken, of er staan al mensen in mijn kleding te graaien. Hippe tienermeisjes, vrouwen met hoofddoekjes en trekkarren, vroege vogels, koopjesjagers, Libelle Zomerweek-figuren. Alles komt voorbij.
Een groezelig mannetje vraagt om oude mobieltjes. Ik zeg dat hij maar even moet zoeken in de verhuisdoos onder de tafel. Hij rekent mijn oude Nokia af voor twee euro en verdwijnt.
Van de buren op rechts krijgen we koffie. De buren op links zijn minder blij met onze aanwezigheid. We krijgen een vuile blik van de vrouw die haar kinderkleding staat uit te stallen, omdat er nog een paar dozen van mij op haar tafel staan.
Ik hang mijn telefoon aan het draagbare speakertje en er is muziek. Binnen no time weten we niet meer waar we het zoeken moeten. Ik moet op de stoel gaan staan om het overzicht te bewaren en zie dat onze kraam extreem druk is vergeleken bij de andere kramen. Er wordt gegraaid en gezocht in de stapel kleding die zeker een halve meter boven de tafel uitsteekt. Ik blijf maar losse prijzen roepen naar mensen die erom vragen. Ik vergeet ook steeds welke prijs ik bij welk item heb genoemd, waardoor iedereen wegkomt voor een prikkie.
Maar na een uurtje zijn we geoefend. Ik hoor muntjes rinkelen en ook het pak briefgeld in het borstzakje van mijn jas blijft groeien. We zijn er goed in. Knalrode konen hebben we ervan.
Een tas die zeker door dertig paar handen is teruggelegd omdat eerst vijftig, toen veertig, toen dertig en toen vijfentwintig nog steeds te duur werd bevonden, krijgt aan het eind van de dag een nieuwe baas voor vijftien eurootjes. Ook de Chick on a Mission-geitentas van acht jaar geleden, desalniettemin de eyecatcher van de kraam, gaat weg voor een schijntje.
Als het vijf uur is, heb ik mijn halve inboedel verkocht. Kleding, tassen, schoenen, fotolijsten, een compleet messenset, boeken, cd’s, dvd’s, sieraden en andere prullaria. Was ook weleens nodig, want ik ben een verzamelaar en had alles wat ik niet meer wilde hebben in de berging gestald met het idee dat het ooit nog wel van pas zou komen. En dat is gelukt: ik heb er vandaag andere mensen blij mee gemaakt.
Wel jammer dat we er nu achter komen dat er zeker drie items zijn gejat. Ik verdenk de mobieltjesman ervan dat hij niet één, maar twee mobieltjes voor twee euro heeft meegenomen. Een andere kerel is er met mijn leren weekendtas vandoor zonder te betalen. Het was druk, hij stond te treuzelen en voor we het wisten was hij weg. De tas ook, blijkbaar. En er is een dame met mijn zwarte Marlies Dekkers-bh tussenuit geglipt. Want we kunnen ons niet meer herinneren dat hij is verkocht, maar we hebben hem ook niet teruggevonden.
In de auto met de deuren op slot, tellen we de buit. Ik voel me net Dagobert Duck. Zo’n dik pak briefjes heb ik nog nooit in mijn handen gehad. Uiteindelijk heb ik voor 850 euro aan spullen verkocht. Troep. Want er was geen één item bij dat ik zelf liever had willen houden. En het geld gaat allemaal naar een goed doel: dit keer mezelf. En ik weet al waaraan ik het uit ga geven.